De brouwerij van Westmalle : Een monnikenwerk

Als eindwerk van zijn opleiding tot milieucoördinator B berekende Geert Pierlet de ecologische voetafdruk (carbon footprint) van de Brouwerij der Trappisten van Westmalle. Daarvoor moesten alle mogelijke emissiefactoren in kaart worden gebracht.
westmallebrouwerij

De brouwerij beperkt vrijwillig de productie tot ca. 130.000 hectoliter per jaar, hoewel er zonder probleem vele malen meer zou kunnen worden verkocht. Winst maken is echter geen echt doel van de abdij: de inkomsten zijn bestemd voor het voorzien in het eigen levensonderhoud van de paters en onderhoud van de abdij, het ondersteunen van kloosters die het ‘minder goed' hebben en caritatieve werken. Geert Pierlet, hoofd kwaliteit, veiligheid en milieu van de brouwerij: “Ik sluit wel niet uit dat er de komende jaren wat meer zal gebrouwen worden, dit om investeringen in onder meer een nieuwe brouwkamer en een nieuwe gistkamer te kunnen financieren.”

Tijdrovend opzoekingswerk

CO2-uitstoot, broeikasgassen, opwarming van de aarde en klimaatverandering zijn niet uit het nieuws weg te branden. Vandaar ook de keuze van Geert Pierlet voor de carbon footprint-oefening. “Bovendien wilde ik ook weten welke activiteiten binnen de brouwerij de meeste uitstoot veroorzaakten en kijken waar er kansen lagen om die uitstoot te verminderen. Ik denk trouwens dat door de omgeving waarin we opereren gemakkelijker middelen worden vrijgemaakt voor zaken als milieu, veiligheid en kwaliteit. Onlangs is er bijvoorbeeld geïnvesteerd in een waterzuiveringsinstallatie.”
De tweedaagse Carbon Footprint-cursus van Amelior was volgens Geert Pierlet onontbeerlijk om de filosofie achter het systeem te begrijpen. In deze opleiding wordt niet alleen de methode en de filosofie toegelicht, maar wordt aan de deelnemers eveneens een Excell tool gegeven om zelf aan de slag te gaan en aldus een carbon footprint- berekening te maken van hun eigen organisatie. Na deze opleiding met bijhorend workshopgedeelte begon de praktijk met opzoekingswerk naar alle mogelijke emissiefactoren. Een gedeelte vond hij in de ‘Emissions Factor Guide' van de Bilan Carbone® methode, een systeem dat door Ademe ontwikkeld werd. Ook een studie van de kleine Amerikaanse brouwerij ‘New Belgium Brewing Company' rond de carbon footprint van een sixpack ‘Fat Tire Amber Ale' was een goede bron. “Maar ik moest ook elders zoeken, omdat je aan elke activiteit of grondstof een emissiefactor moet kunnen koppelen. Dat is dan ook zeer moeilijk en tijdrovend geweest. Daarbij wil ik dan nog de bedenking maken dat een carbon footprint een grootteorde uitdrukt. Een heel exact cijfer is dat nooit. Veel hangt ook af van de scope. In theorie zou je bijvoorbeeld kunnen de emissie meenemen veroorzaakt door de fles bier die de klant thuis in de koelkast zet …”

Alleen betrouwbare cijfers

Als KPI Carbon Footprint kwam Geert Pierlet uiteindelijk uit op 72,42 kg CO2e/hectoliter.
“Een aantal emissiefactoren waar te veel gissingen aan te pas kwamen heb ik wel proberen te berekenen maar ik heb ze niet meegenomen in de uiteindelijke Carbon Footprint KPI. Het is immers de bedoeling de oefening jaarlijks te herhalen – nu de eerste oefening achter de rug is zal dat niet zoveel tijd vergen – om de evolutie te kunnen volgen en dan moet je je op exacte cijfers kunnen baseren. Voorbeelden zijn de bewuste fles bier in de koelkast van de klant, verplaatsingen van bezoekers enz.”
Ook niet meegenomen is de eigen CO2-productie. Tijdens de gisting wordt suiker immers omgezet in alcohol en CO2. “Dat zou wel te berekenen vallen, maar het is een cijfer waar we geen vat op hebben: zonder gistingsproces hebben we geen bier …” Bovendien wordt CO2 van organische oorsprong gewoonlijk niet meegerekend in een Carbon Footprint. Het is immers vooral CO2 die ontstaat uit verbranding van fossiele grondstoffen die bijdraagt tot de klimaatopwarming.

Gerichte verbeteracties

Om de KPI Carbon Footprint te kunnen berekenen ontwikkelde Geert Pierlet verder een eigen Excel-rekenblad. “Zo moeilijk is dat in feite niet. Je moet een oplijsting maken van alle mogelijke uitstootbronnen. Achter elke activiteit zit een emissiefactor. Als je die vermenigvuldigt met de grootte van die activiteit heb je je uitstoot.”
Voor benchmarking is het cijfer en de onderliggende studie niet bruikbaar. De gebruikte emissiefactoren en de scope zijn te specifiek voor elke organisatie. “Wat ik een belangrijk pluspunt vind”, merkt Geert Pierlet op, “is dat de problematiek door het jaarlijks rapport aandacht krijgt van de Raad van Bestuur. En natuurlijk het feit dat je een zicht hebt op de grootste boosdoeners en daar verbeteracties kunt op richten.”
Een verbetering die niet uitsluitend en rechtstreeks met de carbon footprint te maken heeft maar sowieso zal gebeuren is het verder zuiveren van afvalwater tot drinkwaterkwaliteit, zodat het voor spoeling, reiniging enz. kan hergebruikt worden.
“Lucht is de vijand van bier. Daarom kopen wij hier CO2 aan om tanks, de vulmachine en de flessen voor te spannen. En dat terwijl we tijdens het gistingsproces zelf CO2 produceren. Een denkpiste is dan ook die CO2 te gebruiken, wat technologisch mogelijk is maar nog nader moet worden bestudeerd. We zullen in elk geval blijven werken op rationeel energieverbruik en op het sober houden van onze verpakkingen.”

De abdij van Westmalle

In de brouwerij (50 medewerkers) werken geen paters (momenteel zijn er zo'n 35 in de abdij), maar ze is wel eigendom van de abdij der Trappisten en heeft de juridische vorm van een cvba. In de Raad van Bestuur zitten zowel monniken als leken, de abt is voorzitter van de Raad. Die supervisie van de monniken is trouwens een van de voorwaarden om als bier het logo ‘Trappist' te mogen dragen. In de hele wereld zijn er daarvan slechts tien: Achel, Chimay, Orval, Rochefort, Westmalle en Westvleteren in België en verder Engelszell uit Oostenrijk, La Trappe en Zundert uit Nederland en Spencer uit de VS.
Naast de brouwerij zitten in de cvba ook een kaasmakerij, een broodbakkerij en een boerderij, maar de impact daarvan op de jaaromzet (25.539.947 euro in 2013) is gezien de kleinschaligheid zeer gering. Ook café Trappisten is eigendom van de abdij, maar wordt volledig uitgebaat door externen. Geen van die nevenactiviteiten is meegenomen in de carbon footprint-KPI. “De boerderij zou wel een impact hebben op die KPI, gezien het toch gaat om een 200 ‘methaangasproducerende' runderen”, aldus Geert Pierlet.