Risicoanalysesystemen voor blootstellingsscenario´s op de werkvloer

Het KB Chemische Agentia vraagt aan werkgevers om risicobeoordelingen op te maken wanneer er op de werkplaats chemische agentia aanwezig zijn die risico´s kunnen opleveren voor de werknemers.

Augstus 2013
Ecotoxicologie

In de industrie worden verschillende methodieken en modellen gehanteerd om een initiële risicobeoordeling uit te voeren. Deze risicoanalysemodellen worden ook gebruikt voor het opstellen van blootstellingsscenario´s van de uitgebreide veiligheidsinformatiebladen (e-SDS). Elk van deze tools heeft zijn specifieke karakteristieken, werkingsmechanismen en uiteraard ook beperkingen afhankelijk van de data waarop de tool gebaseerd is. We zetten een aantal belangrijke risicoanalysesystemen met hun specifieke kenmerken op een rij.

ECETOC TRA (ECETOC Targeted Risk Assessment tool)

De eerste versie van de ECETOC – Targeted Risk Assessment tool (ECETOC-TRA) is in 2002 ontwikkeld door het European Centre for Ecotoxicology and Toxicology of Chemicals (ECETOC) in het kader van REACH.

Inmiddels is versie 3 van deze tool op de markt gebracht, conform de aangepaste richtlijnen van REACH en de gebruikerservaringen. Het ECETOC-TRA model v.3 bestaat uit een integrated tool (met risicobeoordelingen voor de werknemer, de consument en het milieu) en een aparte consumer tool.

Met deze tool kunnen zowel humane als milieurisico's als gevolg van gebruik en emissies van gevaarlijke stoffen worden ingeschat. Het is meer dan enkel een model voor blootstellingsschattingen, ook de gevaarskenmerken van de stoffen worden meegenomen. Naast de risico's voor werknemers kunnen ook de risico's voor consumenten met het ECETOC-TRA model worden geschat.

Het model voor blootstellingschattingen in de ECETOC-TRA is gebaseerd op het Expertmodel EASE. Voor bepaalde scenario's en activiteiten, de zogenaamde procescategorieën (PROCs in de REACH-terminologie), wordt de best passende EASE schatting gebruikt en waar nodig op basis van gemeten data en expert judgement nog verder aangepast.

Deze tool is zeer gebruiksvriendelijk door het beperkt aantal parameters dat ingevoerd moet worden: fysische toestand van de stof, dampdruk/stofferigheid, PROC, concentratie van de stof in mengsel, duur van de activiteit, aanwezigheid & effectiviteit van ventilatie, aanwezigheid & effectiviteit van ademhalingsbescherming en type dermale bescherming.

De gegenereerde output is de worst-case concentratie voor inhalatie en dermale blootstelling. Uniek is dat ook de initiële blootstelling weergegeven wordt, van waaruit de werkelijke blootstelling afgeleid wordt. Dit door middel van modificatiefactoren, gelinkt aan de beschermende maatregelen.

In principe is de ECETOC-TRA tool niet geschikt voor processen waarbij rook ontstaat, processen die buiten de lijst van PROCS vallen en in geval van ‘abnormale' blootstellingen, zoals bijvoorbeeld lekken.

Validatie van deze tool leert dat in de meeste gevallen dit model blootstellingen geeft die conservatief zijn en dus een overschatting zijn van de werkelijke waarden. Onderzoek wijst uit dat er substantiële verschillen zijn in de validatie afhankelijk van het feit of het gaat om een vaste stof of een vloeistof. Verder is ook aangetoond dat de resultaten van de validatie sterk afhankelijk zijn van de specifieke PROCS die in het model gekozen worden.

Het ECETOC-TRA model werd geëvalueerd en beoordeeld in het kader van REACH als een “tier 1 tool”, wat aangeeft dat deze tool zeer conservatief is en nog maar een beperkte validatie achter de rug heeft.

Als uit de schatting met ECETOC-TRA blijkt dat de concentratie onder de werkplekgrenswaarde ligt, dan mag men ervan uitgaan dat de risico's voldoende beheerst zijn. Ligt de schatting boven de grenswaarde, dan wordt geadviseerd aanvullende schattingen uit te voeren met meer geavanceerde schattingsmodellen.

EMKG –EXPO TOOL

De EMKG –EXPO TOOL is een onderdeel van de “Easy-to-use workplace control scheme for hazardous substances” (EMKG “Einfaches Maßnahmenkonzept für Gefahrstoffe”) van het Duitse Federale Instituut voor Arbeidsveiligheid en gezondheid (BAuA).

Het is een zeer eenvoudige tool, gebaseerd op het COSSH (Control of Substances Hazardous to Health Regulations) Essentials-model en is net zoals de ECETOC-TRA tool een tier 1 model, dus een conservatief model.

Op basis van de stofferigheid/vluchtigheid van de stof, de gebruikte hoeveelheid en de specifieke werkplaatsomstandigheden (type ventilatie, …) wordt een blootstellingsrange gegeven die vergeleken moet worden met de DNEL (Derived no effect Level).

Deze tool heeft wel een aantal beperkingen. Zo is de tool enkel geldig voor inhalatie-blootstellingschattingen. Ook speciale situaties zoals activiteiten waar stof of rook vrijkomt, open spray applicaties en gassen zijn uitgesloten. Verder is deze tool ook niet geschikt voor carcinogene, mutagene, reprotoxische (CMR-) stoffen. Voor deze situaties zullen meer geavanceerde technieken gebruikt moeten worden.

Stoffenmanager

Stoffenmanager is een Nederlandstalige versie van COSHH Essentials, maar uitgebreid met blootstellingsmodellen voor opname door inademing of via de huid.

 Stoffenmanager behoort tot de “Tier 1+” modellen, wat betekent dat het model meer verfijnd is en beter gevalideerd is dan de Tier 1 blootstellingsmodellen.

De Stoffenmanager kent verschillende gebruiksroutes:

1) De kwalitatieve prioritering van chemische risico's
De Stoffenmanager is ontwikkeld als een hulpmiddel om de gezondheidsrisico's van gevaarlijke stoffen op de werkvloer te rangschikken en om effectieve beheersmaatregelen te vinden. Voor de rangschikking combineert deze tool de gevaarsinformatie van een stof met een schatting van blootstelling door inademing of huidcontact.
De Stoffenmanager classificeert de gevaren van een product op basis van de R-zinnen zoals in het schema van COSHH Essential. Het blootstellingsmodel voor inademing van de Stoffenmanager is gebaseerd op de bron-receptor benadering van Cherrie. De belangrijkste determinanten in het bron-receptor model van Cherrie zijn taak, lokale maatregelen, algemene ventilatie en producteigenschappen. Deze krijgen scores op basis van een logaritmische schaal.

2) De kwantitatieve beoordeling van blootstelling
De Stoffenmanager bevat een gekwantificeerd en gevalideerd model voor blootstelling aan in te ademen stof en damp. Er kan dus een kwantitatieve schatting van de taakgebonden blootstelling door inademing berekend worden. Deze kwantitatieve schatting is een ‘worst case' schatting van het blootstellingsniveau (in mg/m3) op basis van een bepaald percentiel van de blootstellingsverdeling. Deze schatting van blootstelling kan vergeleken worden met de DNEL van de betreffende stof. De onderbouwing van de uitgevoerde risicobeoordeling(en) kan als rapport worden opgeslagen in een te bewerken document. De geselecteerde beheersmaatregelen worden weergegeven in een plan van aanpak.
Het model voor het schatten van huidblootstelling is gebaseerd op de RISKOFDERM Toolkit. Het blootstellingsmodel voor inademing is gekwantificeerd met ongeveer 700 blootstellingmetingen en vervolgens gevalideerd. Uit deze validatie bleek dat Stoffenmanager over het algemeen de blootstelling voldoende conservatief voorspelt, maar dat in specifieke gevallen modelaanpassingen nodig waren. Het model is dan ook aangepast naar aanleiding van deze validatie.

Voor een analyse met de Stoffenmanager zijn meer inputparameters nodig dan voor de ECETOC-TRA:
Operationele parameters: handeling (type, duur, frequentie, afstand tot handeling, aantal medewerkers die handeling uitvoert, uitdampperiode), werkplekomstandigheden, …
Basisgegevens : productnaam, datum veiligheidsinformatieblad, leverancier, fysicochemische data (aggregatietoestand, dampspanning, …), concentratie van de stof/samenstelling van het product, R-en S-zinnen, gevaarsymbolen, PBM- en ventilatievoorschriften.

In tegenstelling tot de ECETOC-TRA wordt hier niet gewerkt met voorgedefinieerde procescategorieën.
Als output krijgen we prioritering met een gevaarklasse, blootstellingsklasse en risicoscore, die aanleiding geeft tot een serie beheersmaatregelen. Ook het effect van deze maatregelen wordt berekend.

Om gevaren te rangschikken en te prioriteren moet het gaan om stoffen of producten waarvoor een veiligheidsinformatieblad beschikbaar is of waarvan de R-zinnen bekend zijn. Het gebruik van het inademingsgedeelte van het prioriteringsdeel heeft geen beperkingen. Het deel voor dermale blootstelling is niet geschikt om blootstelling te schatten voor stoffen die gelabeld zijn als (zeer) toxisch en bijtend. De kwantitatieve schatting van de Stoffenmanager kan gebruikt worden om blootstelling aan poeders, vluchtige en niet-vluchtige vloeistoffen te bepalen. Stoffenmanager wordt beter niet gebruikt voor kwantitatieve schattingen van blootstelling door inademing van vezels, gassen en stoffen die in de lucht komen door bijvoorbeeld lassen, solderen en verbrand

ECETOC TRA, EMKG-Expo-Tool en Stoffenmanager zijn stuk voor stuk tools die aanbevolen worden door het European Chemicals Agency (ECHA). Onder REACH is de ECTOC-TRA de meest gebruikte tool.

Momenteel loopt een Europees onderzoek (E-team project, een samenwerking IOM en Fraunhofer-ITEM, zie www.eteam-project.eu) waarbij de verschillende modellen voor risicobeoordeling conceptueel geëvalueerd en gevalideerd worden. De geschatte blootstellingen worden vergeleken met gemeten data en de onzekerheden van de diverse modellen worden bekeken. De modellen worden onderling vergeleken en de toepasbaarheid wordt in kaart gebracht. Het finale rapport van deze studie wordt einde 2013 verwacht.

Augustus 2013

Bronnen

  • http://www.ecetoc.org/tra
  • Verdonck F., “Toxicologie : blootstellingsmodellering en blootstellingsscenario´s”, Amelior, 2013
  • http://www.coshh-essentials.org.uk/assets/live/CETB.pdf
  • Cherrie, J. ; Schneider T., “Validation of a new method for structured subjective assessment of past concentrations” Ann. Occup. Hyg. 43(4), 235, 1999.
  • Marquart, H.; Heussen, H.; Le Feber, M.; Noy, D.; Tielemans, E.; Schinkel, J.; West, J.; Van der Schaar, D., “Stoffenmanager', a web-based control banding tool using an exposure process model” Ann. Occup. Hyg. 52 (6), 429, 2008.
  • Goede, H.; Tijssen, S.; Schipper, H.; Warren, N.; Oppl, R.; Kalberlah, F.; van Hemmen, J., “Classification of dermal exposure modifiers and assignment of values for a risk assessment toolkit” Ann. Occup. Hyg. 47(8), 609-18, 2003.

Het is duidelijk dat de blootstellingsanalyse een complexe en technische materie is en voor heel wat bedrijven een hele uitdaging is om wegwijs te raken in de stroom van informatie en verplichtingen waaraan ze moeten voldoen. Amelior helpt u graag op weg deze complexe materie onder de knie te krijgen, onder meer via onderstaande opleidingen. 

Amelior is overigens niet alleen uw opleidingspartner. U kan ook op ons beroep doen voor advies en begeleiding rond alles wat te maken heeft met gevaarlijke stoffen, risicoanalyses, e-SDS, blootstellingsscenario´s, ... Wenst u meer informatie? Contacteer Herlinde Beerens.

 Dr. Herlinde Beerens studeerde scheikunde en behaalde daarna een doctoraat in de scheikunde aan de Universiteit Gent. Ze was gedurende 5 jaar werkzaam bij het Centrum voor Externe Veiligheid en vuurwerk (RIVM, Bilthoven (NL)) als wetenschappelijk adviseur externe veiligheid. Sinds juli 2007 is ze manager vormings- en opleidingsprogramma's bij Amelior en verantwoordelijk voor de opleidingen in het domein Milieu.

Meer info?

Herlinde Beerens
Herlinde Beerens
Category Manager